maandag 12 december 2011

vergroening van de belastingen

Hieronder een deel van mijn inbreng op het belastingplan 2012 in de Eerste Kamer: over de vergroening van de belastingen.
Zie voor vragen aan het kabinet over 'het vestigingsklimaat' mijn eerdere blog. Verder besteedde ik nog aandacht aan de Geefwet en de hypotheekrente-aftrek.
Maar hier dus de vergroening:


Met betrekking tot het inzetten van de belastingen voor de verduurzaming van onze economie en samenleving is de fractie van GroenLinks teleurgesteld in deze regering. We zijn weliswaar blij dat de regering het met ons eens is dat vergroening gezien kan worden als nevendoel van de inzet van belastingheffing. Wij betwisten ook niet dat er grenzen zijn aan de vergroening via de belastingheffing, maar naar ons oordeel zijn deze grenzen nog lang niet bereikt.
In de Memorie van Antwoord stelt de regering dat Nederland één van de koplopers in Europa is met milieubelastingen. Kan de regering deze stelling nader onderbouwen, ook kwantitatief?
En hoe ziet die positie er uit na het afschaffen van de kleine belastingen, die vrijwel allemaal een milieudoelstelling hebben? Voorzitter, de fractie van GroenLinks is er een voorstander van dat belastingen die niet langer effectief zijn worden afgeschaft. Met betrekking tot de kleine belastingen die nu afgeschaft worden zijn wij echter niet overtuigd van het gebrek aan effectiviteit. Afschaffing van deze milieubelastingen geeft bovendien een signaal af dat tegenstrijdig is aan onze duurzaamheidsdoelstellingen, zeker wanneer de verwijzing naar andere maatregelen die effectiever zouden zijn niet nader geconcretiseerd kunnen worden.

De fractie van GroenLinks is er - anders dan het kabinet - niet van overtuigd dat verdere vergroening van de belastingen alleen nog in internationaal verband kan plaatsvinden. Ons vestigingsklimaat kan best iets lijden - blijkens het aangehaalde onderzoek van Deloitte - dus waarom niet een voortrekkersrol vervuld? En naar onze overtuiging zal een groener belastingstelsel gunstig kunnen zijn voor de vestiging van ondernemingen die bijdragen aan de hoe dan ook noodzakelijke verduurzaming en vergroening van de economie. Of om het met de woorden van deze regering te zeggen: 'Naast noodzaak en bedreigingen ziet Nederland vooral ook kansen voor de transformatie naar een groene economie met een markt voor duurzame producten.'
Deze woorden komen uit de Nederlandse positie bij de 'Roadmap to a Resource Efficient Europe', oftewel het stappenplan voor efficiënt hulpbronnengebruik in Europa, van de Europese Commissie. In de Memorie van Antwoord bij het Belastingplan 2010 geeft de regering aan de inzet van dit stappenplan te ondersteunen, maar maakt daarbij het voorbehoud dat de mogelijkheid wordt opengelaten per regeling andere doelen te laten prevaleren boven een ongewenst milieu-effect. De GroenLinks fractie maakt zich ernstig zorgen over deze bepleitte uitzondering. De recente klimaattop in Durban, waar Nederland overigens wel zeer minimaal vertegenwoordigd was, laat ons weer opnieuw zien hoe moeilijk het is harde afspraken te maken over milieumaatregelen zoals de beperking van de CO2 uitstoot. De fractie van GroenLinks vreest dat met de mogelijkheid andere doelen te laten prevaleren boven milieu-effecten de te maken afspraken boterzacht zullen worden.
Met betrekking tot de inzet van belastingen voor vergroening stelt de regering bij het stappenplan o.a. : 'Verschuiving van belastingen van arbeid naar energie en grondstoffen beloont gewenst gedrag terwijl vervuilers meer gaan betalen. Dat principe steunt Nederland van harte.' Mooie woorden, maar uit het vervolg kan gelezen worden dat de regering vindt dat Nederland het eigenlijk al goed genoeg doet, en dat vooral andere Europese landen moeten gaan bewegen. Is dat wat de regering bedoelt? Of gaat Nederland ook echt handelen volgens het omarmde principe? Zoals ik eerder al heb aangehaald stelt de regering dat Nederland tot de kopgroep behoort van landen met een hoog percentage aan milieubelastingen. Een onderbouwing van deze stelling heb ik reeds gevraagd. Nu is mijn vraag: Is het de inzet van de regering om tot deze kopgroep te blijven behoren?
De regering stelt in de BNC fiche ook verheugd te zijn dat het stappenplan ingaat op de vergroening van de belastingen, en in principe voor het afschaffen van milieuonvriendelijke subsidies te zijn. Vervolgens volgen er echter een aantal mitsen en maren, waardoor ons in ieder geval niet meer duidelijk is waar de regering eigenlijk nog voor is. Om het maar even concreet te maken en terug te grijpen op onze eerdere schriftelijke vragen: is de regering er een voorstander van om in Europees verband een einde te maken aan de belastingvrijstellingen voor fossiele brandstoffen, en voor de belastingvoordelen voor grootverbruikers van energie? En kan de staatssecretaris toezeggen zich hiervoor in Europa hard te gaan maken? Voorzitter, ik ga er vanuit dat de verwijzing naar Europa voor het nemen van deze groene belastingmaatregelen in de Memorie van Antwoord geen loze woorden waren, en dat de staatssecretaris deze beide toezeggingen kan doen.
De fractie van GroenLinks verwelkomt de steun van het kabinet voor de eerste stap uit het stappenplan- het in kaart brengen van de fiscale en niet-fiscale milieuonvriendelijke subsidies en het aangeven hoe deze uitgefaseerd zullen gaan worden - en gaat er van uit dat de regering hiermee op korte termijn aan de slag gaat. Wanneer denkt de regering met deze inventarisatie en plan voor uitfasering te komen? En kan de regering bevestigen dat de afbouw van de belastingvoordelen voor fossiele brandstoffen en voor grootverbruik van energie deel gaat uitmaken van deze plannen? En dat deze plannen ook concrete voorstellen zullen bevatten voor de verschuivingen van belasting op arbeid naar die op grondstoffen, energie en milieu?

Voorzitter, ik wil ook nog even ingaan op het zogenaamde groen beleggen, of beter gezegd het maatschappelijk beleggen. De GroenLinks fractie is allerminst gerust op de ontwikkelingen op dit gebied. Vanuit het veld horen wij dat de groene beleggingen in rap tempo teruglopen, en dat de verwachting is dat dat per 1 januari a.s. in nog veel rapper tempo zal gebeuren wanneer geen duidelijkheid wordt verschaft over het op een of andere manier voortzetten van een belastingvoordeel voor maatschappelijk beleggen.
Onder druk van Tweede en Eerste Kamer is de Staatssecretaris in de afgelopen weken weer met het veld in overleg getreden, waarvoor dank. Maar de uitkomst van dit overleg is ronduit teleurstellend. In zijn nadere antwoord aan deze kamer van vrijdag jl. concludeert de staatssecretaris dat op dit moment niet kan worden gekomen tot een alternatief voor de geleidelijke afschaffing van de heffingskortingen voor maatschappelijk beleggen. Punt. Geen woord over: wat nu. Uit de beantwoording maak ik op dat het plan van de Nederlandse Vereniging van Banken en anderen aan de inhoudelijke voorwaarden voldoet, en dat het struikelblok alleen nog is gelegen in de eis dat er sprake moet zijn van een vereenvoudiging van de belastingen. Daarbij doet zich de vraag voor wat precies onder vereenvoudiging verstaan moet worden, en of vereenvoudiging een doel op zich is. Is het niet belangrijker om belastingmaatregelen te toetsen aan de eerder door de Tweede Kamer geformuleerde doelstellingen van effectiviteit, efficiency en het de noodzaak van handhaving om overheidsdoelen te bereiken? Ook vraagt de GroenLinks fractie zich af of het feit dat nog geen oplossing is gevonden met betrekking tot de fiscale vereenvoudiging niet vooral te wijten is aan het stilzitten van de staatssecretaris in het afgelopen half jaar?
Voorzitter, wij beginnen ons af te vragen of de staatssecretaris wel een oplossing wil vinden.
Een fiscale regeling voor maatschappelijk beleggen wordt politiek breed gedragen. In de Tweede Kamer diende zoals bekend het CDA hier een motie over in, die na de toezegging van de staatssecretaris nader in overleg te gaan werd ingetrokken. Ik ga er van uit dat die toezegging niet loos was, en dat de staatssecretaris dus echt wil proberen alsnog voor 1 januari 2012 tot een resultaat te komen. Wij vragen de staatssecretaris toe te zeggen dat de heffingskorting ook na 1 januari 2012 1,9% blijft en dat in de komende weken de vereenvoudiging de betrokken sectoren en ministeries nader uitgewerkt wordt

Wat is dat eigenlijk, het vestigingsklimaat?

Vanavond heb ik in de Eertse Kamer mijn bijdrage in eerste termijn geleverd op het belastingplan 2012, waarin ik he kabinet onder meer kritisch bevraag op de veelvuldig gebruikte dooddoener 'het vestigingsklimaat'. Hieronder de tekst van het betreffende deel van mijn bijdrage. Morgen volgt het antwoord van de staatssecretaris en het vervolg van het debat.

Voordat ik op de afzonderlijke voorstellen van de regering inga wil ik eerst een wat breder thema behandelen, dat in het regeringsbeleid een leidende rol lijkt te spelen: het vestigingsklimaat.
In het antwoord op veel van onze vragen, maar ook op die van andere partijen, stelt de regering dat aanpassingen niet wenselijk zijn omdat dat slecht zou zijn voor 'het vestigingsklimaat'. De regering noemt dit onder andere als antwoord op de vraag wat de consequenties zijn van het hanteren van een maximum voor de 30% regeling, maar ook bij vragen over het beëindigen van belastingvoordelen voor fossiele energie en het grootverbruik van energie.
Het klinkt mooi, het vestigingsklimaat, maar wat bedoelt de regering er precies mee? Hoe is ons huidige vestigingsklimaat in vergelijking met andere Europese landen? Kan de regering daarover kwantitatieve gegevens, harde cijfers dus, verstrekken? Welke rol spelen belastingen en belastingvrijstellingen in 'het vestigingsklimaat'? Wat is precies het effect van de door de regering voorgestelde maatregelen op 'het vestigingsklimaat'? En kan de afwijzing van voorstellen die gedaan zijn met betrekking tot de maximering van de 30% regeling en de afschaffing van de vrijstellingen voor (grootverbruik van) fossiele energie ook kwantitatief onderbouwd worden: wat zijn nu precies de verwachte negatieve effecten voor ons vestigingsklimaat?
Wanneer de regering geen nadere, cijfermatige onderbouwing kan geven van 'het vestigingsklimaat' en de effecten daarop van de verschillende maatregelen, is het te pas en te onpas hanteren van dit begrip niet meer dan een inhoudsloos mantra, een dooddoener.
Dat geldt temeer nu het vestigingsklimaat in Nederland blijkens onderzoek van Deloitte, waarover vorige week werd gepubliceerd, buitengewoon gunstig is; de Pers spreekt zelfs van een belastingparadijs.
Daarbij doet zich dan de vraag voor wat de doelstellingen van de regering zijn met betrekking tot 'het vestigingsklimaat'? Hoe goed moet het zijn? Waar ligt de grens tussen het zijn van een belastingparadijs - hetgeen over het algemeen een negatieve connotatie heeft- en het hebben van een goed vestigingsklimaat voor buitenlandse ondernemingen? Kan de staatssecretaris ingaan op deze vraag, en de doelstellingen daarbij kwantificeren?
En voor welke ondernemingen willen we in Nederland precies een goed vestigingsklimaat hebben? Voor alle ondernemingen, inclusief de zware industrie, of toch met name voor de diensten- en -kennissector? Of willen juist een gunstig vestigingsklimaat scheppen voor ondernemingen die voorop lopen in duurzaamheid, en zich inzetten voor innovatie op dat terrein? En wat betekent een eventuele keuze voor bepaalde sectoren voor de maatregelen die wel of juist niet genomen moeten worden?
En, om nog maar een stap verder te gaan: hoe gewenst is het om het Nederlandse vestigingsklimaat voorop te stellen? Wat betekent dit voor de economische positie en ontwikkelingsmogelijkheden van minder rijke landen? En ligt het niet veel meer voor de hand om het over een Europees vestigingsklimaat te hebben, in plaats van over een Nederlands vestigingsklimaat? Is het niet zo dat het idee is dat de EU één markt is, waarin de concurrentiepositie van bedrijven niet wordt bevoordeeld door overheidsmaatregelen?
Voorzitter, zoals u ziet kan één term een hoop vragen oproepen, vooral als de term niet nader ingevuld wordt, en toch veelvuldig gebruikt wordt als dooddoener. Mijn fractie neemt in ieder geval geen genoegen met een simpele verwijzing naar 'het vestigingsklimaat' in antwoord op vragen. Wat ons betreft zal dat begrip steeds, en ook nu, nader ingevuld en onderbouwd moeten worden.
--

Het onderdeel van mijn bijdrage over de vergroening van de belastingen zal ik in een volgende blog opnemen (anders wordt het zo'n lap tekst)

maandag 24 oktober 2011

Sierra Leone


Afgelopen week was ik in Sierra Leone, om een workshop te geven rond Domestic Violence en mensenrechten. Mijn club Rights 4 Change heeft een instrument ontwikkeld waarmee vrouwen- en mensenrechtenorganisaties een mensenrechten-analyse van lokale regelgeving en beleid kunnen maken, om zo effectiever te kunnen zijn in hun lobby en advocacy. Voor veel organisaties is het doen van onderzoek en het uitvoeren van een analyse nieuw. In Sierra Leone namen zo'n 18 deelnemers van verschillende organisaties uit verschillende regio's deel aan de workshop. Zij besloten hun analyse te richten op het probleem dat de chiefs en traditionele rechtbanken (die onderdeel uitmaken van het juridisch systeem) de nieuwe (2007) wetgeving op het gebied van gendergelijkheid en de bestrijding van huiselijk geweld niet toepassen, waardoor slachtoffers niet de bescherming krijgen waar ze recht op hebben. Tjdens de workshop is een begin gemaakt met het onderzoek; de groep gaat er in de komende maanden zelf verder mee aan de slag.
Een uitgebreider verslag van de workshop is hopelijk binnenkrot op de website van Rights4Change te vinden (nu nog in ontwikkeling); voor nu een paar plaatjes van een mooi, maar erg arm land, met veel krachtige, gemotiveerde mensen.





woensdag 12 oktober 2011

Maidenspeech over de ID kaart

Gisteren mocht ik mij maidenspeech houden in de Eerste Kamer.
Hieronder de belangrijkste passages. De hele tekst vind je op de site van de GroenLinks Eerste Kamerfractie.

Mijnheer de voorzitter,

Ik ben niet arrogant, ik ben pedant. Een betweter. Zo omschreef de bekende culinair journalist Johannes van Dam zichzelf in een interview met het Parool van afgelopen weekend. Het onderscheid zat er wat hem betreft in dat je arrogant bent wanneer je je beter voelt dan een ander, terwijl je wanneer je het echt beter weet, en dat wilt laten zien, slechts pedant bent.
Zonder uitgebreid te willen ingaan op het verschil tussen betweterigheid en arrogantie, durf ik wel te stellen dat het kabinet zich met dit wetsvoorstel zowel betweterig als arrogant toont: het kabinet denkt het beter te weten én lijkt zich daarbij verheven te voelen boven zorgvuldigheidsnormen en gezaghebbende oordelen.
(..)
Dit wetsvoorstel is in een periode van drie weken langs de Raad van State en de beide kamers van de Staten Generaal gejast. Met stoom en kokend water. En waarom? Omdat de minister blijkbaar niet voorbereid was op de uitspraak van de Hoge Raad, terwijl deze gelijkluidend was aan de uitspraak van het Hof Den Bosch, nu een jaar geleden. En omdat de minister blijkbaar koste wat het kost de gevolgen van de uitspraak teniet wil doen, zo nodig zonder inhoudelijke discussie. Het gevolg is dat het debat vooral gaat over de formele juridische vraag of het wetsvoorstel juridisch in orde is; of op basis van een andere heffingsgrondslag wel leges kan worden geheven voor de ID-kaart.
(..)
Wat hierbij overigens opvalt is dat de gierende spoed die de regering aan de dag legt naar aanleiding van de Hoge Raad uitspraak alleen de financiële gevolgen van de uitspraak betreft. Want waarom, voorzitter, gaat de minister niet met dezelfde spoed te werk om een eind te maken aan de verplichte afname van vingerafdrukken ten behoeve van de identiteitskaart, nu deze kaart ingevolge de uitspraak van de Hoge Raad niet in de eerste plaats gezien mag worden als reisdocument? Is het niet zo dat daarmee de grondslag van het verplicht afnemen van vingerafdrukken ten behoeve van de ID-kaart is weggevallen?
(..)
De terugwerkende kracht die aan het wetsvoorstel wordt verbonden is wat de GroenLinks fractie betreft onbehoorlijk. Een betrouwbare overheid legt niet met terugwerkende kracht belastende maatregelen op aan burgers. In zeer uitzonderlijke gevallen kan een uitzondering gemaakt worden op dit uitgangspunt, maar dan moet daar een zeer goede reden voor zijn. In zijn antwoord aan deze kamer doet de minister het voorkomen alsof het onderhavige wetsvoorstel voldoet aan alle criteria waarop het gerechtvaardigd kán zijn terugwerkende kracht aan een belastingmaatregel toe te kennen. Er zou sprake zijn van een regeling die beoogt misbruik of oneigenlijk gebruik tegen te gaan; snel ingrijpen zou nodig zijn voor een rechtvaardige belastingheffing; er zou sprake zijn van een evidente omissie in een wet die leidt tot duidelijk onbedoelde gevolgen; terugwerkende kracht zou nodig zijn omdat burgers anders maatregelen treffen waardoor de regeling haar beoogde effect ontbeert, et cetera.
Alsof burgers die een gratis ID-kaart aanvragen halve criminelen zijn die de andere, brave burgers opzadelen met de enorme financiële gevolgen van hun oneigenlijk gebruik.
En het is nogal wat om de consequentie van het onverbindend verklaren van een wettelijke bepaling door de Hoge Raad te betitelen als een evidente omissie in de wetgeving.
Je zou het arrogant kunnen noemen.
(..)

Het kabinet denkt het beter te weten dan de Hoge Raad. Met een formele, technische reparatiewet wil het de gevolgen van de uitspraak van de Hoge Raad teniet doen. De inhoudelijke argumentatie van de Hoge Raad wordt daarbij genegeerd. (..) (de minister lijkt) een insteek te kiezen die diametraal tegenover het oordeel van de Hoge Raad staat. In zijn antwoorden aan deze kamer stelt de minister zonder meer dat de kaart wordt verstrekt ten behoeve van de aanvrager, terwijl de Hoge Raad nu juist had geoordeeld dat niet kan worden aangenomen dat de aanvraag van een ID-kaart naar zijn aard in overheersende mate verband houdt met een individualiseerbaar belang, nu deze hoofdzakelijk ten dienste staat aan de algemene draag- en toonplicht, en daarmee aan het algemeen belang. En waar de Hoge Raad tot de conclusie komt dat het verstrekken van een ID-kaart niet als een dienst kan worden beschouwd , spreekt de minister weliswaar niet van een dienst, maar wel van een product, waarmee wederom de suggestie wordt gewekt dat de kaart er ten dienste van de burgers is in plaats van ten dienste van het algemeen belang.

Voorzitter, ik kom bij de hamvraag. Is het gerechtvaardigd dat de overheid – en daarmee de belastingbetaler- de kosten van het verstrekken van de ID-kaart draagt? Laat ik vooropstellen dat het diametraal tegenover elkaar zetten van de aanvrager die profiteert van een gratis ID-kaart en de belastingbetaler die moet opdraaien van de kosten miskent dat we het hier grosso modo over een en dezelfde burger hebben.

Maar ook wanneer het niet om een en dezelfde burger gaat is er veel te zeggen voor het kosteloos verstrekken van de kaart. Want wie schiet er wat mee op dat bijvoorbeeld een dakloze- die op basis van zijn leefwijze meer dan gemiddeld gevraagd zal worden zich te legitimeren- keer op keer wordt beboet omdat hij geen geld heeft om een identiteitsbewijs aan te schaffen en zich dus niet kan legitimeren? Niet alleen zijn de kosten van de handhaving in dit soort gevallen vele malen hoger dan de kosten van het verstrekken van een gratis ID-kaart, ook worden mensen nodeloos gecriminaliseerd.

En ook de zogenaamde darkspot jongeren, die geen toegang hebben tot werk of inkomen omdat ze geen ID-kaart hebben, en geen ID kaart hebben omdat ze geen geld hebben, zouden erg geholpen zijn met een gratis ID-kaart.

Maar ook afgezien van het belang voor deze bijzondere kwetsbare groepen is het antwoord op de vraag of de belastingbetaler moet opdraaien voor de kosten van de ID-kaart een volmondig ja. Dat is namelijk wat we in dit land doen met kosten die ten behoeve van het algemeen belang gemaakt worden: die worden uit de algemene middelen betaald, en opgebracht door de belastingbetaler. (..) Als we dat niet willen is er een eenvoudige oplossing: het afschaffen van de algemene identificatieplicht. GroenLinks vindt u daarvoor aan uw zijde. Een ieder die de algemene identificatieplicht wil handhaven, zal daarvan echter de consequenties moeten aanvaarden, en de kosten ervan voor lief moeten nemen.

Mijnheer de voorzitter,

Net als Johannes van Dam vind ik mijzelf niet arrogant.
Maar op het gevaar af dat ik reeds naar aanleiding van mijn maidenspeech als pedant of betweterig wordt gezien, durf ik wel te stellen dat ik het in dit geval beter weet: dit is geen goed wetsvoorstel.


Helaas ging de SGP, die zich eerder op hetzelfde principiele standpunt leek te stellen als de rest van de oppositie, aan het einde van het debat akkoord met een toezegging van minister Donner dat de paspoortwet uiterlijk de eerste helft van 2012 bij de Tweede Kamer zal worden ingediend. In de paspoortwet moet de status van de ID-kaart definitief geregeld worden, en daarbij zal ook de discussie over de financiering weer aan de orde kunnen komen. Dat is ook het moment waarop de basis voor het afnemen van vingerafdrukken komt te vervallen, aldus de minister. Maar zoals ik in het debat al zei: als GroenLinks fractie denken wij dat de minsiter daar nu al stappen in kan zetten. Mogelijk komen we op dat punt binnenkort dan ook met schriftelijke vragen.

vrijdag 9 september 2011

Teeven werkt voor de samenleving

Naar aanleiding van de kop "Teeven wil 'Werkt voor de samenleving'op hesje taakstraf" ontspon zich gisteravond bij ons aan de keukentafel de volgende discussie: 'Waarom laten we ze niet meteen met een bal aan hun been langs de snelweg werken?' 'Of een brandmerk op hun voorhoofd.' 'Misschien zou Teeven zelf ook zo'n hesje aan kunnen trekken.' 'En alle ambtenaren.' 'Als Teeven zelf zo'n hesje aantrekt, vind ik het wel goed.''Maar dan zou er niet op moeten staan 'werkt voor de samenleving', maar 'zou voor de samenleving moeten werken'.' Kortom, borrelpraat. Of in dit geval avondeten-praat.
Nu is het heel gemakkelijk om ook het voorstel van Teeven af te doen als borrelpraat. En een echt big issue is het misschien niet. Maar volgens de Volkskrant heeft Teeven het voorstel wel degelijk serieus naar de Tweede Kamer gestuurd. En ik vind dat zorgwekkend. Want aan welk strafdoel moet het bijdragen? In Nederland kennen we een aantal strafdoelen (vergelding, generale preventie en speciale preventie); openbare vernedering hoort daar gelukkig niet bij.
Maar misschien is het niet bedoeld als stigma of vernedering? Maar juist als positief signaal om deze mensen te laten inzien dat het fijn is om iets bij te dragen aan de samenleving in plaats van om criminele dingen te doen (speciale preventie). Misschien willen we dat ze trots zijn op het dragen van hun hesje? Dat kan natuurlijk alleen maar gaan werken als het dragen van zo'n hesje in de beeldvorming wordt geassocieerd met het werken voor de samenleving, en niet met het uitvoeren van een taakstraf. En dat kan alleen wanneer niet alleen degenen die een taakstraf uitvoeren zo'n hesje dragen, maar iedereen die - met trots- voor de samenleving werkt. Inclusief Teeven. Waarmee onze keukentafelpraat zo gek nog niet was: Alleen als Teeven ook in een hesje met 'Werkt voor de samenleving' gaat lopen, kunnen we dat van onze taakgestraften verlangen.

donderdag 8 september 2011

Een uitdaging in Kunduz

Natuurlijk kunnen we blijven discussiëren over de definitie van 'militair' tegenover 'civiel', en er op blijven wijzen hoe naïef de GroenLinks Tweede Kamerfractie was toen zij instemde met de politiemissie naar Kunduz door voortdurend Afghanen te citeren die zeggen dat de politie natuurlijk tegen de Taliban vecht (de Volkskrant krijgt er geen genoeg van). En hoe terecht die discussies ook zijn, ik vind het interessanter om te kijken naar wat onze mensen daar wél zouden kunnen en moeten doen, nu ze daar zitten, en hoe we dat zoveel mogelijk in overeenstemming kunnen brengen met wat de GroenLinks inzet was bij deze missie: meehelpen aan het versterken van de rechtsstaat en het beschermen van de mensenrechten.
En wat dat betreft biedt hetgeen vanochtend in de Volkskrant stond een enorme uitdaging. Politieagenten in Kunduz martelen op grote schaal gevangenen.
Hoe gaan onze trainers, met hun aandacht voor de rechtsstaat en de mensenrechten, er voor zorgen dat de door hen getrainde agenten martelen niet als een normaal politie-instrument zien? En hoe gaan de leiders van onze missie het aanpakken om met de top van de Afghaanse politie in gesprek te gaan over deze praktijken. Dat zijn wat mij betreft de interessante vragen. Gemakkelijk zal het niet zijn, maar als we daar een verschil kunnen maken en eraan kunnen bijdragen dat er substantieel minder gemarteld wordt door de Afghaanse politie, is deze trainingsmissie in ieder geval zinvol, zo lang we er zitten.

zondag 28 augustus 2011

Arches





Nog zo'n wondermooie plek.

Onderweg



Niet langs de Route 66 (die we wel een stukje genomen hebben), maar ook elders verlaten benzinestations in the middle of nowhere. Met lama's.

Foto's van Yellowstone, tweede poging






Tijdens de vakantie kostte het uploaden van foto's op mijn blog teveel tijd. Vandaag ben ik de foto's aan het uitzoeken. Er zitten een paar hele mooie bij van Yellowstone park. Daarom hier een tweede poging met nog wat plaatjes van dit fascinerende gebied. En dan laat ik die van de bisons, beren (een zwarte vlek in het groen), the Old Faithful en de 'gewone' mooie berggezichten, rivieren en watervallen nog achterwege.
Straks misschien nog wat foto's van andere plekken.
En, ter geruststelling van anderen met een zwavelallergie: op sommige plaatsen in Yellowstone stinkt het enorm naar zwavel, maar ik ben er niet ziek van geworden.

woensdag 24 augustus 2011

DSK, het imperfecte slachtoffer en macht

Dominique Strauss-Kahn wordt niet vervolgd voor de poging tot verkrachting van een kamermeisje. Dat betekent overigens niet dat er geen sprake is geweest van verkrachting of seksueel misbruik; het betekent vooral dat de openbaar aanklager verwacht dat hij een jury er niet van zal kunnen overtuigen dat DSK schuldig is. Het beeld dat de jury heeft van het slachtoffer speelt daarbij een doorslaggevende rol. Het slachtoffer moet namelijk wel een echt slachtoffer zijn; onschuldig en weerloos. Wij mensen, lees juryleden, zijn maar al te graag bereid op te treden als koene ridders die een onschuldig meisje redden van een lafhartige belager. Tot het redden van iemand die heeft gelogen, of niet van onbesproken gedrag is zijn we veel minder bereid.

De beslissing DSK niet te vervolgen is gebaseerd op de (on)geloofwaardigheid van het slachtoffer. Let wel: niet zozeer haar geloofwaardigheid ten aanzien van de feiten in deze zaak (de gestelde poging tot verkrachting), maar haar geloofwaardigheid in het algemeen. Ze wordt blijkbaar notoir onbetrouwbaar geacht omdat ze in het verleden in haar asielverzoek heeft gelogen. Door de (algemene) geloofwaardigheid van het kamermeisje centraal te stellen in de beslissing om DSK niet te vervolgen legitimeert de aanklager de mythe van het perfecte slachtoffer. Dit kamermeisje voldoet niet aan de criteria voor het perfecte slachtoffer, dus ik ga niet vervolgen. Terecht protesteren Amerikaanse feministen hiertegen. Ook niet perfecte mensen en mensen die in het verleden hebben gelogen kunnen worden verkracht, en ook de daders van deze verkrachtingen moeten worden vervolgd en - wanneer het misdrijf kan worden bewezen - veroordeeld. Een openbaar aanklager moet ook opkomen voor de niet perfecte slachtoffers, en een jury ervan proberen te overtuigen dat ook zij bescherming verdienen.

Het is overigens wel terecht dat een aanklager bij zijn afweging om wel of niet tot vervolging over te gaan zijn inschatting over het uiteindelijke oordeel van de jury meeneemt. Het bewijs speelt daarbij een rol, en in dat kader ook de verklaring van het slachtoffer, en de betrouwbaarheid / geloofwaardigheid daarvan. Maar dan gaat het om de verklaring over de gestelde feiten, mede in het licht van de overige bewijsmiddelen.
En dan bevreemdt het toch dat er in dit geval geen vervolging is ingesteld.
Er lijkt voldoende hard bewijs aanwezig dat seksueel contact tussen DSK en het kamermeisje heeft plaatsgevonden, en dat dit plaats had in een heel kort tijdsbestek (minuten). Seksueel contact op zich levert nog geen verkrachting op, er moet daarnaast sprake zijn van geweld of dwang. Om dat te bewijzen zijn de verklaringen van slachtoffer en verdachte van belang, maar ook de overige omstandigheden.

Een van die omstandigheden is de relatie tussen verdachte en (vermeend) slachtoffer, en het eventuele verschil in macht tussen hen. In dit geval een kamermeisje en een hotelgast die een van de machtigste mannen ter wereld is. Er heeft seksueel contact plaatsgevonden. Is het geloofwaardig dat dit plaatsvond op initiatief van het kamermeisje? Tenzij ze als prostituee werkte, waar volgens mij geen aanwijzingen voor zijn, lijkt mij dit zeer onwaarschijnlijk. Is het geloofwaardig dat het seksuele contact plaatsvond op initiatief van DSK? Gezien zijn reputatie zou ik zeggen dat dit in ieder geval niet onwaarschijnlijk is.
Als het seksuele contact op initiatief van DSK plaatsvond, is de onderlinge relatie van groot belang: bevond het kamermeisje zich in een positie dat zij dit -zonder nadelige consequenties- kon weigeren?
En had DSK kunnen weigeren als het kamermeisje avances had gemaakt?
Iemand dwingen tot het ondergaan van seksueel contact kan ook door middel van het misbruik maken van een machtspositie. De vraag of je in een positie verkeert om contact te weigeren geeft een goede aanwijzing om te beoordelen of er sprake is van een dergelijke machtspositie.
En als we het dan toch over geloofwaardigheid hebben lijkt de lezing van het kamermeisje mij een stuk geloofwaardiger dan die van DSK, zelfs wanneer er een aantal inconsistenties in haar verhaal zitten (wat niet ongewoon is in zaken van seksueel misbruik).

Ik zeg niet dat DSK schuldig is aan verkrachting. Het kan zijn dat hij alleen maar dom en geil was. Maar ik denk dat de zaak het waard was om op inhoud te worden beoordeeld. Het was een mooie kans geweest om duidelijk te maken dat ook imperfecte slachtoffers bescherming verdienen, en dat seksueel contact met misbruik van macht verkrachting kan opleveren. Als ik openbaar aanklager was geweest was ik ervoor gegaan.

vrijdag 29 juli 2011

Impressie uit Yellowstone park


Ik heb net de foto's van de afgelopen dagen van mijn fototoestel op mijn laptop gezet, en ben een eerste selectie aan het maken. Ik probeer streng te selecteren, maar er was zoveel moois te zien wat allemaal op de foto moest, en veel foto's zijn goed gelukt. Ook met dank aan zoon M. die prachtige plaatjes maakt. Tijdens het bekijken van de foto's ben ik alweer onder de indruk. En deze moest ik gewoon vast even aan de wereld laten zien.

zondag 24 juli 2011

Rocky Mountain National Park


Het was de bedoeling dat dit een fotoverslag zou worden van onze rit en wandeling door het National Park Rocky Mountain. Maar de internetverbinding op de camping is zo traag dat het 10 minuten duurt om 1 foto op te loaden. En ik wil slapen. Vooralsnog maar 1 foto dus. De rest volgt vanaf een plek met sneller internet.

vrijdag 22 juli 2011

Groot, veel en zoet

Nadat we onze camper hadden opgehaald (voor Amerikaanse begrippen een hele kleine; we vallen met onze 25 foot bijna in het niet bij de enorme bussen (echt formaat touringcar) en nog grotere uitschuif-campers) was het tijd om inkopen te doen. Het liefst hadden we dat natuurlijk bij de Walmart gedaan, maar omdat we van de camperverhuurder een kortingspas voor een aantal andere supermarkten mee hadden gekregen werd het de Kings Sooper. We blijven wel Hollanders natuurlijk. Maar we hadden ons niet ongerust hoeven maken, ook hier was alles groot, veel en zoet. Enorme taarten, verpakkingen met 12 donuts of 24 worsten, emmers ijs; alles hadden ze. Het was zo veel, en er was vooral zoveel zoetigheid, dat onze jongste zoon, die normaal gesproken erg van de zoetigheid en van vlees eten is, van de weeromstuit de neiging kreeg om gezonde dingen te gaan kopen. Dat wij ons hardop afvroegen hoeveel kilo we deze vakantie zouden aankomen heeft daar ongetwijfeld ook aan bijgedragen.
We hebben ons weten te beheersen, en redelijk normaal boodschappen gedaan (okay, die 24 worsten hebben we gekocht, maar daarna wel netjes in drie porties in de vriezer gedaan).
Vervolgens valt bij alles wat je eet wel op dat het zoet is, van brood tot pastasaus.
Heel erg veel dikke mensen hebben we nog niet gezien. Maar duidelijk is wel dat je hier echt je best moet doen om een beetje gezond te eten als je 'gewone' dingen koopt. En dat mensen blijkbaar zo zijn opgegroeid met zoet, dat zoet als neutraal wordt ervaren.
We gaan ons best doen om ons te weer te stellen tegen het aanbod van groot, veel en zoet. Maar mochten we volgende maand moddervet terugkomen, dan weten jullie dat we die strijd verloren hebben.

zondag 17 juli 2011

Broodfonds

Op 12 juli schreef Pieter Hilhorst in de Volkskrant een column over het broodfonds, een soort onderlinge ziekteverzekering voor zzp'ers. Nog dezelfde dag deed hij via twitter een oproep aan zelfstandigen om zich te melden wanneer ze belangstelling hadden om aan zo'n broodfonds mee te doen. Wat ik heb gedaan. Pieter heeft er geen gras over laten groeien, en samen met Jos van der Lans (zelfstandige en voormalig Eerste Kamerlid voor GroenLinks) het idee omgezet in daden. Vanmiddag was de eerste oriënterende bijeenkomst voor het broodfonds Wikistad in oprichting. Van de ongeveer zestig mensen die zich via twitter en e-mail hadden aangemeld, waren er toch zo'n 20 aanwezig in de Balie. Vragen werden beantwoord door mensen van de landelijke broodfonds-organisatie, gedachten werden gewisseld over hoe en wanneer een broodfonds (of meerdere broodfondsen) opgericht kan (kunnen) worden. In september gaan we verder.

Op vier jaar na (toen ik in dienst was bij het Clara Wichmann Instituut) heb ik mijn hele werkzame leven als zelfstandige gewerkt. En altijd heb ik mij verzekerd tegen ziektekosten via een Arbeidsongeschiktheidsverzekering. Zodat ik mijn kantoorkosten kan blijven doorbetalen als ik ziek ben, en zodat ik (en mijn gezin) niet aangewezen ben op het enkele inkomen van mijn partner mocht ik -langdurig- ziek worden. Hetgeen gelukkig in al die jaren nooit gebeurd is. Ik heb dus geen ervaring met verzekeringsmaatschappijen die moeilijk doen over een ziekmelding, of polissen die de ziekte waaraan jij lijdt blijken uit te sluiten. Maar de verhalen die ik erover hoor maken me er niet gerust op. Wel ervaring heb ik met het betalen van de behoorlijk pittige premies. Ik denk dat ik inmiddels toch wel meer dan €50.000 aan AOV premie heb betaald. En nooit een cent aan uitkering ontvangen. Nu vind ik dat op zich niet erg; een verzekering is immers een verzekering; je betaalt voor het geval dat. En ik zie de verzekering ook als een soort onderlinge solidariteit: met mijn premies kunnen degenen die wel arbeidsongeschikt worden een inkomen houden. Ik betaal echter niet om verzekeringsmaatschappijen te spekken.
En dat is nu precies het aantrekkelijke van een broodfonds: wel de onderlinge solidariteit en het afdekken van het risico van ziek worden; maar niet het bureacratische oerwoud, het geïnstitutionaliseerde wantrouwen en de hoge kosten van een verzekeringsmaatschappij.
Een ouderwetse onderlinge. Op basis van vertrouwen.
Ik ben nog steeds enthousiast, en ik doe mee.
Tot die tijd houd ik mijn AOV nog maar even aan. Voor de zekerheid. Want je weet nooit. Heb je 25 jaar premie betaald, wordt je ernstig ziek als je hem opzegt. Dat zal me niet overkomen.

woensdag 29 juni 2011

mini symposium Eigen Kracht in West

Ben je belangrijk geworden als er ter ere van je afscheid een symposium wordt georganiseerd (ook al is het een mini-symposium)? Bij die vraag sta ik maar niet al te lang stil. Eervol vind ik het in ieder geval wel.
Ter gelegenheid van mijn vertrek uit de Amsterdamse (deelraads)politiek organiseert mijn GroenLinks afdeling op 6 juli a.s. een mini symposium over Eigen Kracht in de buurt. Met buurtbewoners die vertellen over de manier waarop zij hun eigen kracht en die van mede buurtbewoners inzetten. Als vrijwilliger bij Blue (bespreekbaar maken huiselijk geweld), binnen een gehandicapten-adviesraad en in een clientenraad van een GGZ-instelling. Dick Jansen, voormalig wethouder welzijn in Westerpark, zal deze gasten interviewen, en met hen en de aanwezigen op zoek gaan naar manieren waarop het stadsdeel kan bijdragen aan het vinden en gebruiken van de eigen kracht van bewoners en hun netwerken.
Het zal degenen die mij kennen niet verbazen dat ik een belangrijke stem heb gehad in de keuze van het thema. Ik reken op een bijeenkomst die niet alleen voor degenen die op lokaal niveau actief zijn interessant is, maar die mij ook weer zal inspireren voor mijn werk in de Eerste Kamer. Want ook bij landelijke politiek en wetgeving moet wat mij betreft centraal staan hoe we de eigen kracht van mensen en hun netwerken kunnen aanspreken, en kunnen vergroten.
Meer informatie over het symposium vind je hier

vrijdag 10 juni 2011

Lopen voor Stichting Kezban


Op 10 juli is de Heldenrace, een hardloopgebeuren (ik geloof niet dat het een wedstrijd is) waar mensen kunnen lopen om geld in te zamelen voor een goed doel.
Ik ga meelopen, en zamel geld in voor Stichting Kezban.
Stichting Kezban is een organisatie die ruim tien jaar geleden is opgericht naar aanleiding van een eermoord op een jonge Turkse vrouw, Kezban Vural. Met de Stichting strijden allochtone en autochtone vrouwen samen voor het bestrijden van huiselijk en eergerelateerd geweld, waarbij het bespreekbaar maken van dit geweld, en de problematiek erachter, in allochtone kring voorop staat.
Voor Stichting Kezban ben ik werkzaam als projectcoördinator voor het project Hallo Kezban. www.hallokezban.nl is een interactieve website met informatie en advies over eer en relaties.

Op 10 juli ga ik dus lopen voor Stichting Kezban. Niet als (betaalde) projectcoördinator, maar als vrijwilliger die het werk van de Stichting een warm hart toedraagt. Wil je ook je bijdrage leveren? Je kunt doneren via mijn fondsenwervingspagina. Hiernaast kun je zien hoeveel ik al heb opgehaald. Wil je meelopen en ook zelf donaties binnenhalen? mail dan even naar info@hallokezban.nl

maandag 6 juni 2011

Een andere manier om naar bezuinigingen te kijken

De bezuinigingen vliegen ons om de oren op het moment. Er wordt bezuinigd op zorg, op reintegratie en sociale werkvoorzieningen, op kinderopvang. Veel van de bezuinigingen treffen kwetsbare burgers. Wat mij betreft is het argument dat je de meest kwetsbaren in de samenleving moet ontzien een valide argument. Als er bezuinigd mag worden, dan bij de mensen en de bedrijven die het kunnen opbrengen. Zolang de hypotheekrente-aftrek ongemoeid wordt gelaten is er alle reden om alle bezuinigingen die de economisch minder bedeelden treffen rigoreus van de hand te wijzen.
Naast dit argument van eerlijk delen, solidariteit en medemenselijkheid kun je ook naar de bezuinigingen kijken vanuit een mensenrechtenperspectief.
In tal van internationale verdragen zijn de rechten van de mens vastgelegd, waaronder een groot aantal sociale rechten. Het recht op toegankelijke gezondheidszorg om maar eens wat te noemen; het recht op een dak boven je hoofd; het verbod van discriminatie en de bijbehorende plicht om de positie van vrouwen te verbeteren,....
Veel van de nu aangekondigde bezuinigingen hebben effecten die deze mensenrechten raken. Bijvoorbeeld: het wegbezuinigen van tolken in de gezondheidszorg zal de toegankelijkheid van de zorg verminderen voor iedereen die het Nederlands onvoldoende machtig is. Voor vrouwen die te maken hebben gehad met seksueel geweld, of die bij de dokter komen voor iets op het gebied van de seksuele en reproductieve gezondheid zal dit in nog sterkere mate gelden: dat zijn niet de onderwerpen waarbij je je twaalfjarige zoon laat vertalen.
Nederland is er altijd als de kippen bij om andere landen op hun mensenrechtenverplichtingen te wijzen. Maar ook Nederland is aan deze verdragsverplichtingen gebonden. Dat betekent dat de regering de gevolgen van het gevoerde beleid op deze mensenrechten in kaart zal moeten brengen; en in de besluitvorming zal moeten betrekken. Dat geldt voor al het beleid; ook voor bezuinigingen.
Goede voorbeelden hiervoor zijn er; zo heeft de gemeente Coventry in Engeland een human rights and equality impact assessment laten uitvoeren naar de public budget cuts (zie hier).

Mensenrechten zijn er niet voor de sier. Er is alle reden voor een mensenrechteneffectrapportage op de bezuinigingsplannen van de regering.

zaterdag 4 juni 2011

Het persoonlijke is politiek: het PGB

Stel: je hebt een blog met de naam het persoonlijke is politiek.
Stel: de politieke discussie gaat over het afschaffen van 90 procent van de PGB's.
Stel: je hebt een zoon met een PGB.
Dan moet je hier toch wel een blog over schrijven.
En daar zit ik nu dus al de hele week tegenaan te hikken.
Er zijn inmiddels veel persoonlijke verhalen geschreven. Heftige verhalen, van mensen met ernstige beperkingen, die dankzij hun PGB zelfstandig kunnen wonen, of thuis bij hun ouders, terwijl ze anders op verblijf in een instelling zouden zijn aangewezen.
En andere mensen, waarbij het PGB zorgt voor extra kwaliteit van leven, voor de mogelijkheid om te werken of een opleiding te volgen, het huis uit te gaan, deel te nemen aan de samenleving. Op je eigen manier, met de mensen die jij kiest.
De verhalen zijn aangrijpend; de gevolgen van het wegvallen van een PGB vaak schrijnend.

Soms denk ik dat onze zoon ook wel zonder zijn PGB zou kunnen. Hij heeft Asperger (een vorm van autisme)en ADHD maar is gelukkig wel gezegend met een goede intelligentie, waardoor hij veel kan leren, ook in sociaal gedrag, en het omgaan met zijn beperkingen. En ja, ik denk dat hij als het moet zonder zijn PGB zou kunnen. Zonder de club waar hij wekelijks heengaat, waar hij -anders dan op school- sociaal niet op zijn tenen hoeft te lopen, waar hij sociale vaardigheden leert en individuele begeleiding krijgt. En hij zou ook wel zonder de individuele begeleiding kunnen bij het leren plannen, bij het scheiden van hoofd en bijzaken, bij het maken van opdrachten. Maar ik besef me dat ik dat denk vanuit de huidige situatie. De situatie waarin hij een aantal jaren begeleiding en training heeft gehad, en nog steeds begeleiding heeft. Waarin hij het redt op school, zowel in de omgang met klasgenoten als met het plannen en organiseren van zijn huiswerk. Waarin hij weliswaar aanloopt tegen zijn beperkingen, maar ze kent, en er mee leert omgaan.
Ook voor ons gezin geldt dat het er heel anders uit zou zien wanneer we de afgelopen jaren geen PGB gehad zouden hebben. Voor mijn zoon zelf, voor zijn broertje, die af en toe behoorlijk veel last van heeft gehad van zijn drukke en aandacht opeisende broer, maar ook voor ons, die dan alle begeleiding zelf hadden moeten doen. En natuurlijk begeleiden we hem ook zelf. Dag in dag uit zelfs. Maar ik ben echt doodop en behoorlijk gefrustreerd na een avond naast hem zitten bij het huiswerk maken (soms kan begeleiding ook te dichtbij zijn denk ik wel eens).

Maar ik besef mij terdege dat ons verhaal relatief 'licht'is. Anderen zijn vele malen afhankelijker van hun PGB, en zouden het echt niet redden zonder. Juist voor hen moet het PGB behouden blijven.
Wij zullen het wel redden, al is het alleen maar omdat J. inmiddels behoorlijk gegroeid is, en we enige begeleiding wel zelf kunnen betalen. Maar ook voor hem kan in de toekomst begeleiding weer noodzakelijk worden. Met zijn beperkingen blijft zelfstandig worden en functioneren in groepen en relaties lastig. En daar zal hij ongetwijfeld weer tegenaan gaan lopen, bijvoorbeeld als hij gaat studeren, als hij het huis uit gaat. En dan hoop ik van harte dat er begeleiding voor hem is.

Het persoonlijke is politiek, en soms wordt de politiek persoonlijk.

In deze blog heb ik de politieke argumenten niet benoemd. Anderen hebben dat eerder al gedaan, zoals Per Saldo (zie hun website). Daar worden ook nog veel meer persoonlijke verhalen verzameld.

zondag 22 mei 2011

afsluiten en beginnen

Morgen zijn de verkiezingen voor de Eerste Kamer. Als alles goed gaat zal ik worden gekozen. Gezien de zetelverdeling moet GroenLinks die vijfde zetel - een restzetel - mijn zetel - vrij probleemloos binnen kunnen halen, en zou het dus niet zo spannend moeten zijn. Maar dat is het natuurlijk wel.
Je weet maar nooit, er kan altijd wat mis gaan.....
Met diezelfde slag om de arm heb ik afgelopen weken andere GroenLinks activiteiten afgebouwd. Het deelraadslidmaatschap in Amsterdam West, het voorzitterschap van de kandidatencommissie partijbestuur. Het is allemaal bijna afgesloten en overgedragen, maar wel met die mits dat de uitslag morgen conform verwachting is.
Rond half vijf morgenmiddag weten we het. Jullie misschien wel eerder dan ik, want ik zit op dat moment in een vergadering van de Raad van Toezicht van Triversum. Waar ik me ongetwijfeld niet zal kunnen bedwingen om af en toe SMS en Twitter te checken.
En dan gaat het hopelijk beginnen. Het nieuwe avontuur in de Eerste Kamer. Ik heb er veel zin in!

woensdag 20 april 2011

Een droom en een kadernota

Vorig jaar juli hadden we fractieweekend met de toen verse fractie van GroenLinks Amsterdam-West. Alle fractieleden formuleerden hun droom: wat wil je bereiken in de komende periode?
Mijn droom was om te komen tot een wezenlijk andere aanpak van 'welzijn' in het stadsdeel. Een aanpak waarbij niet de grote welzijnsorganisaties bepalen wat er gebeurt, maar bewoners en hun organisaties aangeven wat ze nodig hebben, en zelf de ruimte hebben om activiteiten te organiseren. Waarin het beheer en de verhuur van buurthuizen is losgekoppeld van het aanbieden van activiteiten, zodat er geen 'perverse prikkel' meer is om de ruimtes vooral voor eigen activiteiten te gebruiken. Waarin bewoners en organisaties worden gestimuleerd en ondersteund.
Gelukkig had de GroenLinks portefeuillehouder Hetty Welschen dezelfde droom. Samen hebben we er over gebrainstormd hoe we deze droom zouden kunnen verwezenlijken. Waar te beginnen, hoe om te gaan met weerstand,.... En daarna is Hetty aan de slag gegaan. Heel hard aan de slag gegaan, samen met haar ambtenaren, met de welzijnsorganisaties, vrijwilligersorganisaties en bewonersgroepen. Met als resultaat dat er nu een breed gedragen Kadernota Vernieuwing Welzijn in West ligt. Met daarin opgenomen de uitgangspunten zoals we destijds tijdens het fractieweekend al verwoordden, naast de afspraken die in het coalitieakkoord waren gemaakt. Gisteravond is de kadernota met algemene stemmen aangenomen door de Stadsdeelraad Amsterdam West.
Is de droom hiermee uitgekomen? Nee, want de kadernota is maar papier, en de praktijk is weerbarstig. Maar de eerste stap is gezet, en gedeelde en breed gedragen uitgangspunten zijn essentieel voor het kunnen zetten van de volgende stappen. Het is nu weer aan Hetty om de verwezenlijking van de droom verder in te vullen.
En het mag zo zijn dat tussen droom en daad wetten in de weg staan en praktische bezwaren; ik heb er alle vertrouwen in dat alle betrokkenen in stadsdeel West deze barrières weten te slechten. Want waar een wil is, is een weg. En de wil is er; dat is gisteravond weer gebleken.

woensdag 13 april 2011

Afschaffen gemeenschap van goederen goed voor vrouwen?

Eind vorig jaar deed Magda Berndsen van D66 het voorstel om ons systeem van huwelijksvermogensrecht om te gooien: niet de gemeenschap van goederen zou de standaard moeten zijn, maar de huwelijkse voorwaarden. In deze tijd van emancipatie waarin we streven naar economische zelfstandigheid van vrouwen en waarin een mens een mens is en geen deel van een paar, is de gemeenschap van goederen achterhaald, vond ze. De regering zegde haar toe haar voorstel te zullen onderzoeken.
Ondertussen kwamen er reacties op het voorstel. Verschillende mensen betoogden dat het afschaffen van de gemeenschap van goederen wel eens heel nadelig zou kunnen uitpakken voor vrouwen, en dan juist voor de vrouwen die om wat voor reden dan ook (nog) niet economisch zelfstandig zijn. Zie onder meer de reactie van E-Quality.
Ik vind het een erg interessante discussie, juist omdat het de kern raakt van veel dilemma's op het gebied van emancipatie en recht: Wat is voor de emancipatie het goede om te doen: wetgeving en beleid vormgeven op basis van een doel dat je wilt bereiken (i.c. het stimuleren van vrouwen om economisch zelfstandig te worden) of kiezen voor de bescherming van de 'zwakkeren' (i.c. diegenen die nog niet economisch zelfstandig zijn)?
Deze week mag ik twee keer over dit thema discussiëren, vanavond bij de Vereniging voor Vrouw en Recht Clara Wichmann, en morgen bij het FemNet van GroenLinks.
Als deze discussies tot diepere inzichten of een oplossing van het eeuwige dilemma leiden, laat ik het hier zeker weten!

zaterdag 9 april 2011

Verkrachting van kinderen onder de 12

In de afgelopen weken heb ik de petitie die oproept om het penetreren van kinderen onder de 12 altijd strafbaar te stellen als verkrachting verschillende keren langs gehad. En niet ondertekend. Het seksueel binnendringen van kinderen onder de twaalf is namelijk al strafbaar, en kent de zelfde strafmaat als verkrachting. Lees maar:

Artikel 242 Wetboek van strafrecht:
Hij die door geweld of een andere feitelijkheid of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid iemand dwingt tot het ondergaan van handelingen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, wordt als schuldig aan verkrachting gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie.

En artikel 244 Wetboek van Strafrecht:
Hij die met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen pleegt die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie.

Het verschil is dus dat het binnendringen bij kinderen onder de twaalf ALTIJD strafbaar is, terwijl het bij volwassenen alleen het geval is wanneer er sprake is van geweld of dreiging met geweld. Precies wat de petitie-opstellers willen dus.

En het is ook niet meer dan logisch dat het OM er voor zal kiezen 244 ten laste te leggen, en niet 242 (wat in theorie ook kan bij kinderen), omdat ze bij 244 het geweld niet hoeven te bewijzen, alleen het binnendringen.

Verontwaardiging over seksueel misbruik van kinderen is begrijpelijk en terecht. Maar kritiek op het Wetboek van Strafrecht op dit punt niet.

vrijdag 18 maart 2011

Nacht van de vervanging

Vannacht hebben er drie vluchtelingen in mijn bed geslapen. Nancy en haar dochtertjes van vijf en één jaar oud. Samen met veel andere Amsterdamse politici en andere min of meer bekende Amsterdammers deed ik mee aan de nacht van de vervanging. We kregen allemaal voor één nacht een vluchteling te logeren die geen recht op opvang (meer) heeft. Het gaat om vluchtelingen die uitgeprocedeerd zijn maar niet terug kunnen, of vluchtelingen die nog een procedure hebben lopen, maar in de tussentijd geen recht hebben op opvang. Met de nacht van de vervanging wil het ASKV steunpunt vluchtelingen deze vluchtelingen een gezicht geven, en hun verhalen en vaak nijpende situatie onder de aandacht brengen. En daarbij dit jaar ook mensen mobiliseren om zich uit te spreken tegen het voornemen van de regering om illegaliteit strafbaar te stellen. Om verschillende redenen een heilloos plan.

De nacht begon gisteravond met een gezamenlijke maaltijd van alle deelnemers in het Verzetsmuseum. Daar maakten we kennis met onze gasten, en konden we luisteren naar toespraken van onder meer Judith Sargentini en Tofik Dibi, en een liedje van Freek de Jonge.

Op de foto: Nancy met haar jongste dochter en Freek de Jonge

Na de maaltijd togen we met de tram naar mijn huis. Shamaye keek erg uit naar de poezen; honderduit vertelde ze in vlekkeloos Nederlands dat poezen wel scherpe nagels hebben maar niets doen als je lief tegen ze bent, en dat ze het kleine poesje zou gaan aaien. Eenmaal aangekomen vond ze de poezen toch te eng; ze was blij dat die naar buiten mochten. Logeren wou ze wel, dat is leuk, en met mama en zusje samen in het grote bed was ook helemaal goed, zeker met de van mijn zoon geleende knuffel erbij.
Met de alomtegenwoordige kinderen (die zeker niet zonder hun moeder boven in bed zouden gaan slapen) was er niet veel gelegenheid om rustig met Nancy te praten.
Ik begreep dat ze nu elf jaar in Nederland is en dat ze in afwachting is van een uitspraak over haar verblijfsvergunning. Ondertussen zit ze met het hele gezin op een heel klein kamertje in Amsterdam-West. Tijdelijk. Het is het zoveelste adres waar ze woont. Ze hoopt dat ze daar nu een poosje kan blijven, want Shamaye, haar oudste dochter gaat in de buurt naar school.

Vanochtend vertrok het drietal alweer vroeg: Shamaye moest naar school. Het afsluitende ontbijt met alle deelnemers hebben we daarom gemist.

Voor mij heeft 'de vluchteling zonder recht op opvang' er drie prachtige gezichten bij gekregen.

zondag 13 maart 2011

in afwachting van

De verkiezingen voor de Provinciale Staten zijn inmiddels ruim een week geleden, en alle hectiek eromheen begint wat te zakken. Dat het niet alleen om provinciale verkiezingen ging, maar ook om die voor de Eerste Kamer gold voor mij wel heel in het bijzonder: als nummer 5 op de Eerste Kamer lijst had (en heb) ik verreweg de spannendste plek. Bij de uitslagenavond in Den Haag werd er flink met me meegeleefd. Gelukkig zag het er daar eigenlijk steeds goed uit: GroenLinks leek stabiel op 5 zetels in de Eerste Kamer uit te komen. Zo stabiel dat ik ook als toekomstig Eerste Kamerlid op het podium mocht komen. Vlak voordat we weer vertrokken naar Amsterdam sloeg de stemming echter plotseling om: vier zetels. De terugweg vond derhalve in een wat terneergeslagen stemming plaats; hoewel ik al wel iets had van 'we zien het wel'. Toen ik ging slapen was het nog steeds vier zetels; toen ik de volgende ochtend wakker werd waren het er weer vijf. Wel de laatste restzetel, wat het met al het gespeculeer over strategische stemmen en bijzondere allianties naar mijn idee toch nog onzeker maakte, hoewel de verschillende berichten en analyses nooit expliciet vermeldden dat een en ander ten koste zou gaan van een GroenLinks zetel.
Optimistisch als ik ben ben ik er toch maar steeds van uit gegaan dat het goed zou komen. De fractie in Amsterdam-West getrakteerd op taart, dat soort werk. Maar eigenlijk heb ik er pas sinds dinsdag echt vertrouwen in: met een extra Statenzetel in Gelderland hebben we niet meer de laatste restzetel maar de derde, en volgens wat rekenaars waar ik wel vertrouwen in heb kan er niets misgaan wanneer alle GroenLinks Statenleden netjes op GroenLinks stemmen. Nu is dat vorige keer fout gegaan, waarmee de kans dat dat nu weer gebeurt aanzienlijk minder is geworden (een gewaarschuwd mens en zo).
Ik heb er nu dus alle vertrouwen in dat ik echt Eerste Kamerlid ga worden in juni.
En met dit vertrouwen kwam ook de rust om weer echt tijd te steken in andere dingen dan de campagne en de verkiezingen: werk, raad, gezin.
En het afkicken van wel zeer overmatig getwitter en geblog in mijn en de campagne.
Zekerheid is er natuurlijk nog niet.
Ik blijf in afwachting van de definitieve uitslag.

vrijdag 4 maart 2011

Gender en huiselijk geweld

Altijd leuk om te zien dat je analyses worden gelezen en begrepen.
En goed om te lezen dat in de praktijk veelal maatwerk wordt geleverd: genderspecifiek waar nodig.

In de proces-evaluatie Wet tijdelijk Huisverbod door Regioplan wordt in de inleiding (p.6-7) mijn gendertoets uit 2008 gebruikt als kader rond het thema gender en huiselijk geweld. Daarbij worden ook de door mij genoemde risico's die het huisverbod heeft ten aanzien van genderaspecten genoemd:
- de autonomie en zeggenschap van de achterblijver(s) worden tijdelijk opzij geschovendoordat het RiHG (Risico-inventarisatie-instrument, mdb), en niet de wens van de achterblijver, leidend is bij het opleggen van een huisverbod;
- een systeemgerichte hulpverleningsaanpak kan ertoe leiden dat de verantwoordelijkheid voor het geweld (mede) bij de achterblijver wordt gelegd, en druk op de achterblijver wordt gelegd om (systeemgericht) mee te werken aan de behandeling van de pleger;
- het huisverbod geeft uithuisgeplaatsten wel het recht op gratis rechtsbijstand, maar achterblijvers niet.

Bij het onderzoek naar de praktijk blijkt dat de systeemgerichte aanpak weliswaar maakt dat hulpverleners als uitgangspunt een genderneutrale aanpak hanteren, maar dat er voldoende oog is voor situaties waarin sprake is van zogenaamd controlerend geweld, waarbij genderaspecten vaak een rol spelen. Het blijkt dat de hulpverlening in die gevallen verschuift naar het weerbaar maken en ondersteunen van het slachtoffer.
Ik ben daar blij om.
En ik ben er ook blij om dat deze evaluatie oog heeft voor de nuance: huiselijk geweld is niet altijd genderneutraal, maar ook niet altijd genderspecifiek. Dat betekent dat er altijd maatwerk geleverd zal moeten worden.

O ja, en met betrekking tot die rechtsbijstand aan de achterblijver zijn er ook ontwikkelingen: ik las een persbericht dat Slachtofferhulp Nederland juridisch advies gaat geven aan de achterblijvers bij een uithuisplaatsing. Nog wel wat anders dan juridische bijstand door een advocaat, en ik weet ook niet of het breed genoeg is (weten de vrijwilligers van slachtofferhulp voldoende over vreemdelingenrecht, woonrecht, familierecht en sociale zekerheid om de achterblijvers hierover een eerste advies te kunnen geven cq te kunnen beoordelen of ze hierover een meer uitgebreid juridisch advies nodig hebben?) Maar het is een eerste stap.

zondag 27 februari 2011

Oproep aan feministisch Nederland

Beste feministen,
Ik roep jullie op om bij de provinciale Statenverkiezingen van 2 maart op GroenLinks te stemmen, voor een stevig feministisch geluid in de Eerste Kamer.
Ik sta op plaats 5 van de kandidatenlijst van GroenLinks voor de Senaat. In de huidige peilingen is dat jammer genoeg geen zekere plek. Alle extra steun is daarom welkom. Natuurlijk voor een Groen en Links geluid in de provincies, maar in mijn geval vooral ook om in de Eerste Kamer aandacht te vragen voor emancipatie en diversiteit. Ik beloof jullie dat ik mij daar met hart en ziel voor in zal zetten. Voor economische zelfstandigheid en ontplooiingskansen voor alle vrouwen. Voor een betere verdeling van arbeid en zorg. Voor een blijvende aanpak van alle vormen van gender-gerelateerd geweld. Ik zal aandacht vragen voor de effecten van wetsvoorstellen voor verschillende groepen vrouwen, waar nodig door middel van een Emancipatie-effectrapportage. Ik zal bij het beoordelen van wetgeving het VN-Vrouwenverdrag en andere mensenrechtenverdragen betrekken.
Ik denk dat ik in de Eerste Kamer een duidelijk feministisch geluid kan laten klinken.
Ik hoop dat jullie mij willen helpen om dat te doen.
Door woensdag op GroenLinks te stemmen, al is het maar voor deze ene keer.
En door dit bericht, of een link er naartoe, door te sturen aan al je feministische vrienden en vriendinnen.

campagne in Zwitserland

Toch lastig, wanneer half Nederland voorjaarsvakantie heeft in de laatste week voor de verkiezingen, want hoe bereik je nu al die Nederlanders die op vakantie naar het buitenland gaan? Door ze achterna te reizen!
Het campagneteam De gezusters de Boer trotseerde de kou en voerde afgelopen week campagne in Zwitserland. Gewapend met GroenLinks pafernalia als mutsen, sjaals en handschoenen, en voorzien van de nodige posters hebben zij de in grote aantallen aanwezige Nederlandse wintersporters opgeroepen vooral op GroenLinks te stemmen komende woensdag.
Hier een foto-impressie.





En gelukkig bleef er naast de vermoeiende campagne-activiteiten ook nog tijd over om wat te skiën, en in familieverband spelletjes te spelen.

vrijdag 11 februari 2011

Op campagne in het noorden


Gisteren mocht ik - als kandidaat voor de Eerste Kamer- mee op campagne in het noorden. Met Wiebe van der Ploeg, lijsttrekker van GroenLinks in Groningen, en Gabrielle van Dinteren, lijsttrekker in Drenthe. En met de Tweede Kamerleden Jolande Sap en Ineke van Gent.
Irona Groeneveld, lijsttrekker in Frieslân schoof gedurende het programma ook nog even aan; door een blessure kon ze er jammer genoeg niet de hele dag bij zijn.

Onze campagnetour begon met een lunch in Bunne met GroenLinks wethouders uit de regio Groningen en Drenthe. Hier werd stilgestaan bij de succesvolle regionale samenwerking die hier plaatsvindt tussen provincies en gemeenten, waarbij door het maken van onderlinge afspraken over o.a. woningbouw, mobiliteit, natuur/landschap en economie veel wordt bereikt. Waarbij de zorg werd uitgesproken dat bezuinigingen vanuit de Rijksoverheid, onder andere met betrekking tot de Ecologische Hoofdstructuur, kunnen gaan zorgen voor het moeten uitstellen of afblazen van plannen. Enkele wethouders spraken ook hun zorg uit over de gevolgen van de bezuinigingen op het sociaal-economisch terrein, zoals de WSW. De regio kent relatief veel mensen die zijn aangewezen op sociale vangnet-voorzieningen, en de klappen zullen hier dus extra hard aankomen, zowel bij de inwoners als bij de gemeenten (die immers wel, maar dan zonder extra geld, verantwoordelijk zijn voor bijstand, zorg en welzijn).


De volgende stop was Roderwolde, waar we werden onthaald op een presentatie over de Onlanden. Dit natuurgebied heeft niet alleen een prachtige Toonderiaanse naam, er vindt ook een herinrichting plaats waarbij in heel korte tijd (5 jaar tussen plannen maken en realisatie) is gezorgd voor het versterken van de Ecologische Hoofdstructuur, een beter waterbeheer (waaronder waterberging), en verbeteren van de landbouwstructuur. Jolande Sap mocht het boek 'Publieke Geheim, het succes van de EHS' in ontvangst nemen van Marjolijn Tijdens van de natuur en Milieu Federatie Groningen.

En door ging het, nu naar Boerakker, waar de bevolking protesteert tegen de mogelijke CO2-opslag onder hun voeten. Waar het in Barendrecht werd afgeblazen vanwege het gebrek aan draagvlak onder de bevolking, lijkt men te denken dat deze opslqag, waarvan de risico's volstrekt onduidelijk zijn, wel bij de bevolking van Noord Nederland in de schoenen (of liever gezegd eronder) geschoven kan worden. Terechte protesten dus. Nog afgezien dat CO2-opslag niet het werkelijke probleem - CO2-uitstoot door het verbranden van fossiele brandstoffen - aanpakt, moet je er niet mee experimenteren onder de voeten van mensen. Als er al tijdelijke opslag moet komen, dan onder zee. En: stoppen met het bouwen van die kolencentrales in de Eemshaven; maak er in ieder geval gascentrales van.

De laatste stop van de tour was Leek, waar GroenLinks al jarenlang protesteert tegen plannen voor grootschalige woningbouw en een rondweg op een plek waar nu een prachtig kleinschalig houtwalle-landschap ligt. Jolande mocht de plannen door het toilet spoelen, en Ineke protesteerde enthousiast mee.


's Avonds was de campagnestart van de provincie Groningen, met korte toespraakjes van mijzelf, Jolande en Wiebe, met de film 'we feed the world', en met tijd voor gesprekjes. En dan is het erg leuk om een aantal GroenLinkse Groningers die ik vanuit het landelijk ken te spreken, maar ook een aantal jeugdbonders die ik van vroeger ken, en mensen die me aanspreken omdat ze ook oorspronkelijk uit Sneek komen en dan ook nog op dezelfde school blijken te hebben gezeten als ik. Ik voel me nog steeds erg thuis in het noorden, en kom graag terug. In de campagne, of daarna, als Eerste Kamerlid (want die vijf zetels in de Senaat gaan we halen hebben we gisteren afgesproken, en om dat te bereiken minstens vier in Groningen)

maandag 7 februari 2011

5 en campagne

Het GroenLinks congres heeft mij zaterdag jl. op plaats 5 van de kandidatenlijst van de Eerste Kamer gezet. Ik ben daar blij mee. Natuurlijk, een plaatsje hoger zou gezien het huidige zetelaantal van GroenLinks in de Senaat comfortabeler zijn geweest, maar ook gezien het profiel van mijn medekandidaten ben ik zeer tevreden met deze plek.
En die vijf zetels gaan we natuurlijk gewoon halen. Wat zeg ik, we gaan voor minimaal zes!
Het persoonlijk campagne voeren zit er gelukkig ook weer op. Ik wil iedereen die daaraan heeft meegeholpen door het schrijven van een mooie aanbeveling, het (re)tweeten van berichtjes, het meedenken over en uitdelen van flyers heel hartelijk bedanken. Maar zoals gezegd: blij dat het weer over is. In de komende tijd dus veel minder blogjes en tweets over mijzelf, en wat meer over de inhoudelijke onderwerpen waar ik mee bezig ben in mijn werk en in de lokale politiek.
En de campagne? Die gaat nog wel even door. Nu niet voor mezelf, maar voor een sociaal, vrijzinnig en duurzaam Nederland met een goede vertegenwoordiging van GroenLinks in de Provinciale Staten en in de Eerste Kamer. En natuurlijk heb ik daar dan nog steeds zelf belang bij (het politieke is persoonlijk); de campagne voeren we nu voor heel GroenLinks. En in die campagne stort ik me graag. Om te beginnen met de opening van de provinciale campagne in Groningen, donderdag a.s.

vrijdag 4 februari 2011

Margreet naar de Eerste Kamer; de aanbevelingen op een rij

Morgen stemt het GroenLinks congres onder meer over de kandidatenlijst voor de Eerste Kamer. Ik ben voorgedragen voor een hoge plek op de lijst, en ga voor een plaats bij de top 4.

In de afgelopen maand heb ik het nodige geblogd rond mijn kandidatuur. Voor wie het allemaal op de avond voor het congres nog eens door wil nemen, alles nog eens op een rij.

Om te beginnen het advies van de kandidatencommissie en mijn eigen presentatie in de congreskrant.

Heel veel mensen van binnen en buiten GroenLinks hebben mijn kandidatuur ondersteund door middel van een aanbeveling. Een overzicht:
* Mathieu Heemelaar
* Paul van der Linden
* Jale Simsek
* Saranna Maureau
* Martha Meijer
* Thirza Bronner
* Marieke van den Berg
* Emel Can
* Marieke Ruinaard
* Marjan Wijers
* Melita Mertens
* Lisette van Gurp
* Hilde Bakker
* Leen van den Berg
* Trijntje Kootstra
* Richard Korver
* Marjolein van den Brink
* Margien Bouma
* Marion Vijghen
* Jeroen de Wildt
* Therese Evers
* Christine Clement
* Hetty Welschen
* Zairah Khan
* Hilda Passchier
* Miriam Volp
* Aleid van den Brink
* Linda Mans
* Cees Flinterman
* Peter van der Linden
* Else de Wit
* Nils Lamme
* Annette Schaut
* Rutger Groot Wassink
* Sven Meeder
* Leontine Bijleveld

En last but not least voert het FemNet campagne voor mij.

Ik ben overweldigd door al deze steun.
Ik hoop morgen op nog veel meer steun, zodat ik daadwerkelijk voor GroenLinks de Eerste Kamer in kan.

De aanbeveling van de dag: FemNet

"Zij was jarenlang voorzitter van FemNet en een van de GroenLinksers die FemNet weer definitief op de kaart zette binnen GroenLinks: Margreet de Boer. FemNet is verheugd over haar kandidaatstelling voor de Eerste Kamer.

Margreet de Boer is juriste en criminoloog en heeft een eigen bureau: PoWR, Projects on Women’s Rights. “Margreet is een bekende en erkende expert op het gebied van mensenrechten, en in het bijzonder op het gebied van vrouwenrechten en de rechten van minderheden. Zo’n expert kan de Eerste Kamer in deze tijden zeer goed gebruiken”, aldus de huidige voorzitter van FemNet, Hanneke Felten. FemNet is de afkorting voor het Feministisch netwerk van GroenLinks. In dit netwerk staat Margreet de Boer niet alleen bekend als een zeer gedegen juriste met een grote hoeveelheid kennis maar ook als een persoon met wie het zeer prettig samenwerken is. Secretaris van FemNet Greetje Bijl: “Met haar scherpe analyses en goed doordachte vragen kan zij een discussie op een prettige manier gericht naar de kern leiden".

Naast dat Margreet de Boer jarenlang al actief is binnen FemNet, en daarin een van de drijvende krachten is, is zij ook deelraadslid voor GroenLinks in Amsterdam West. FemNet hoopt dan ook van harte dat Margreet de Boer op het GroenLinks congres van 5 februari gekozen wordt op een verkiesbare plek voor de Eerste Kamer. “Ze is een doorgewinterde GroenLinkser”, aldus Felten".

Dit bericht verscheen onlangs op de site van FemNet.
Ik ben erg blij met de steun van FemNet voor mijn kandidatuur.

Morgen, 5 februari stelt het GroenLinks congres de kandidatenlijst voor de Eerste Kamer vast. Ik ben voorgedragen voor een verkiesbare plek op deze lijst. De kandidatencommissie schreef een mooi advies over mij (gedegen jurist met gezag en een prettige persoonlijkheid). Ook anderen zien mij graag in de Eerste Kamer.
In de afgelopen maand verscheen er dagelijks (of vaker) een aanbeveling op mijn blog. Dit is de laatste. Later vandaag volgt nog een overzicht van alle aanbevelingen.
En dan is het zover: morgen is de dag van de waarheid.
Ik hoop op veel steun.

woensdag 2 februari 2011

Bericht uit Egypte

Via de nieuwsbrief van 'global to local' ontving ik het volgende bericht. Ik help graag het verder te verspreiden.
Het bericht komt van Azza Soliman, General Director van het Centre for Egyptian Women's Legal Assistance

Dear Friends

This is Azza from Egypt. I'm writing you this letter after the Internet connection has been finally restored and after Mubarak's regime has isolated a whole country from the rest of the world. This feels now like a breakthrough.

I want to inform you all that President Mubarak has betrayed his country. He insists on staying in power even if it costs the lives and blood of the Egyptian people.
He has betrayed Egypt through through spreading chaos and havoc for more than 48 hours at the time when police forces dissapeared and thugs and looters were to terrorize and intimidate the people.

Today Mubarak insists on staying in power with the cost of the blood spilling of Egyptians , through employing secret riot police, thoughs, leaders from his national party and have them attack the protestors who are asking for the resignation of the president, the transfer of governance in a peaceful manner and the constitutional reforms. We know that Mubraka gave clear instructions to leading figures in his national party to release thugs and looters even on horses and camels to attack the protesters.All this guarantees Mubarak's betrayal of our homeland.

Dear sisters and brothers, I urge you to help me expose the Egyptian regime and the American regime which is complicit in slaining Egypt.Both regimes continue in slaining universal human rights principles.

I also want you to know that during the past demonstrations not once has there been an Islamic slogan. None of the opposition leaders would attribute this revolution to himself as we witness a popular uprising by the youth of Egypt, which are regular citizens oppressed by Mubarak's regime for 30 years.
They are aware and are confident in putting together the national coalition to reform the Egyptian constitution and uphold the principles of citizenship and establish a civil state in Egypt.

Azza Soliman from Egypt

zondag 30 januari 2011

Buurtboerderij en Time Out Hotel


Midden in Amsterdam ligt een klein stukje platteland. In het Westerpark, verstopt tussen het spoor en de oude Spaarndammerdijk, ligt een klein gebiedje. Begraafplaats Sint Barbara, een weiland (een ouderwets veenweide-gebiedje), buurtboerderij Ons Genoegen, een hondentrainingsveld, een postduivenvereniging en een Time Out Hotel.
Het is een uniek plekje. Niet alleen vanwege natuur en landschap, maar ook vanwege de mensen die hebben gevochten voor het behoud van de buurtboederij, en de mensen die er nu gebruik van maken.
De geschiedenis wordt heel mooi samengevat op de site van de buurtboerderij:
De Buurtboerderij is in 2001 gekraakt om daarmee een dreigende sloop te voorkomen. Na provisorisch opknapwerk zijn horeca- en andere kleinschalige activiteiten opgestart onder de vlag van de Vereniging Buurtboerderij Ons Genoegen. Gaandeweg werd deze situatie door het Stadsdeel Westerpark gedoogd en verbeterden de verstandhoudingen.

Om het voortbestaan van de Buurtboerderij te kunnen waarborgen en de renovatie te kunnen financieren werd na veel overleg besloten tot een samenwerkingsovereenkomst tussen de Buurtboerderij, het Stadsdeel Westerpark en Mentrum (onderdeel van Arkin). Uitgangspunt daarbij was een idee van onder meer de Cliëntenraad van Mentrum tot de bouw van een Time Out Hotel naast de Buurtboerderij. De gasten van het Time Out Hotel kunnen gebruik maken van de faciliteiten op de Buurtboerderij: drie maal daags een maaltijd nuttigen, deelnemen aan de diverse activiteiten of zelf als vrijwilliger aan de slag gaan.

Na het sluiten van de overeenkomst in 2005 werd de Buurtboerderij volledig gerenoveerd en moesten de vrijwilligers en bezoekers een tijd lang op een stuk land bivakkeren dat omgedoopt werd tot ‘Halte Buurtboerderij’. Op 16 oktober 2008 werden het Time Out Hotel en de nieuwe Buurtboerderij, inmiddels een stichting geworden, officieel geopend.

Sinds januari 2010 werkt de stichting samen met stichting De Regenboog Groep, die zich al 35 jaar inzet voor dak- en thuislozen, verslaafden en mensen met psychische problemen. Samen runnen zij met de inzet van alle vrijwilligers de activiteiten op de Buurtboerderij.

Als GroenLinks-deelraadslid heb ik de ontwikkelingen rond de buurtboerderij steeds met interesse gevolgd. Ik was aanwezig bij de opening van het Time Out Hotel, en de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst met de Regenbooggroep.
Met de samenwerking tussen de Stichting buurtboerderij, het stadsdeel, De Regenbooggroep en het Time Out Hotel bleek het mogelijk om de boerderij te behouden als rustpunt. Rustpunt voor mensen uit de buurt die even buiten willen zijn; rustpunt waar groep eigenzinnige vrijwilligers hun draai kunnen vinden; rustpunt voor mensen met psychische problemen.

Bleek het mogelijk, of leek het mogelijk?
In het Parool van 14 januari stond in een artikel dat Arkin overweegt de Time Out voorziening per 1 juli a.s. te sluiten (het bericht staat helaas niet online; geen link dus). Niet omdat het niet goed zou lopen, maar omdat ze zich willen concentreren op hun kern-activiteiten. Geen woord over de unieke samenwerking. Geen woord ook over de afspraken die zijn gemaakt met stadsdeel en buurtboerderij.

Niet duidelijk is of de directeur van Arkin die de betreffende uitspraken deed de samenwerking en de afspraken kende. Overigens is het in beide gevallen erg. Het is erg als je uitspraken doet over het al dan niet sluiten van voorzieningen zonder te weten wat ze er precies doen. En het is erg als je overweegt voorzieningen te sluiten zonder rekening te houden met partners met wie je afspraken hebt gemaakt.

Afgelopen week heb ik schriftelijke vragen gesteld aan het Dagelijks Bestuur van Stadsdeel-West. Om opheldering te vragen. En om het stadsdeel te vragen alles op alles te zetten om Arkin te houden aan de gemaakte afspraken, zodat met de samenwerkingsafspraken zowel het Time Out Hotel als de buurtboerderij hun werk kunnen blijven doen, en het unieke plekje in West deze unieke voorzieningen behoudt.

En eerlijk gezegd hoop ik dat het allemaal met een sisser afloopt en dat Arkin inziet dat ze dit unieke project niet de nek om moeten draaien. Een project dat ook binnen de GGZ gezien en gewaardeerd wordt, zoals mag blijken uit een artikel met filmpje op de site Psy, van mei 2010.